Maria Sybilla Merian en Hendrik van Deventer zijn twee andere Labadisten wiens naam we nog altijd in geschiedenisboeken, musea en op het internet tegen kunnen komen. Maria Sybilla vanwege haar prachtige prentenboeken over rupsen en vlinders en Surinaamse insecten en Hendrik van Deventer als arts vanwege zijn hospitaal en laboratorium.
Maria Sybilla kwam vanuit Duitsland per koets naar Wiuwert, samen met haar twee dochters. Ze voelde zich aangetrokken tot het gedachtengoed van de Labadisten en heeft er enkele jaren geduldig gewerkt aan de vervolmaking van haar prentenboeken. Met de Labadisten is zij ook nog mee gereisd naar Suriname, waar ze in de vorm van een plantage hun groep hebben geprobeerd uit te breiden. Dat streven strandde en Maria Sybilla Merian voer naar Nederland om in Amsterdam haar galerie te starten. Daar publiceerde zij haar vermaarde prentenboek over Surinaamse insecten. Zij overleed in 1717 in Amsterdam.
Hendrik van Deventer was een autodidactisch arts en gespecialiseerd in verloskunde. Daarnaast had hij in zijn laboratorium pillen tegen zweten en pijnstillende poeders ontwikkeld die geld binnen brachten bij de in gemeenschap van goederen levende Labadisten. Zijn vertrek bij de Labadisten betekende een financiële aderlating. Van Deventer is als vermogen man overleden in Voorburg.